2. Het financiële systeem en Europa
2. Het financiële systeem en Europa
Met het ontbreken van waarden als inclusief denken en duurzaamheid is het met de financiële instellingen in de Westerse samenleving (Europa en de VS) mis gegaan. Zowel in de cultuur van het financiële systeem als in de samenleving ging het teveel om geldgewin op de korte termijn. De maatschappelijke functie van de financiële instellingen voor samenleving, bedrijven en burgers was geheel uit beeld verdwenen. Het kortzichtig eigenbelang (in hebzucht) prevaleerde teveel.
De G20 (de 8 grote economieën, de G8 en de 12 opkomende economieën, de G12) hebben 15 november 2008 overleg gevoerd over een nieuwe financiële orde. In dat overleg zijn de gewenste contouren van een nieuwe orde uitgewisseld, zoals meer transparantie, een betere regulering om crises te voorkomen, een internationaal samenhangend toezicht, een nieuwe gedragscultuur tussen de financiële spelers en meer regie van het IMF. In de media is ook gefilosofeerd over de functie van financiële instellingen. Ze dienen een maatschappelijke functie gericht op duurzaamheid in milieu en sociale aspecten gericht op welvaart op de lange termijn. Burgers hebben behoefte aan simpele deposito’s, eerlijke kredieten en overzichtelijke verzekeringsproducten. Dat zijn diensten voor verantwoord particulier financieel beheer en om te grote risico’s van burgers op te vangen. Met die waarden bevorderen banken en burgers de welvaart in de samenleving. Dat moet weer in de nieuwe financiële orde hersteld worden.
Met dit zwakke financiële systeem zijn de landen in de Eurozone en de VS in 2012 in een schuldencrisis terecht gekomen.
De VS heeft procentueel een grotere schuld dan de EU-landen gezamenlijk. Toch zien de financiële markten Europa als een grotere bedreiging voor de mondiale economie dan de VS. Het ontbreekt de EU aan een centrale politieke regie op economisch en fiscaal terrein maar vooral in het hanteren van de begrotingsdiscipline van de lidstaten. Dat doet de EU en vooral de Europese Munt Unie binnen de EU de das om. Tekorten in de overheidsbudgetten moeten gefinancierd worden. Het risico van de hogere schuldenlasten stuwt de rente omhoog en de financiële markten gaan twijfelen of de landen met de groeiende schuldenlasten in de toekomst hun schulden nog kunnen aflossen.
Ook de VS hebben grote schulden die hun krappe reserve van een 50 miljard dollar verre te boven gaat. Tot voor kort importeerden de Verenigde Staten voor miljarden meer dan ze exporteerden. Vooral de olie als brandstof voor de groeiende economie en de energieverslindende mobiliteit verstoorde de handelsbalans. Door de grote importen uit China, Canada, Mexico, de EU en de OPEC stegen de schulden aan die landen tot record hoogtes. Het grote tekort op de betalingsbalans van honderden miljarden dollars per jaar moest gefinancierd worden met leningen. China is één van de grote financiers die de tekorten van de VS met leningen aanzuiverde.
De uitgaven in de staatsfinanciën overtreffen al jaren de inkomsten. De defensie-uitgaven voor Irak en Afghanistan zijn de afgelopen jaren daar debet aan geweest. Die tekorten in het overheidsbudget moeten gefinancierd worden. In de VS is dat minder een probleem dan in Europa omdat de Federale Regering in Washington de financiële, economische en fiscale touwtjes in handen heeft; in ieder geval zou moeten hebben. Maar net zoals in Europa is ook de politiek hier in een crisis. Republikeinen en Democraten in de VS kunnen maar geen overeenstemming bereiken over een gezamenlijke aanpak om de crisis daadkrachtig aan te pakken. Hetzelfde overkomt de Europese regeringsleiders. Top na top lopen ze stapje voor stapje achter de feitelijke crisisontwikkeling aan in telkens weer een nieuwe poging om uit de problemen te komen. December 2011 kan historisch de top van de waarheid zijn geweest als de volgende drie besluiten de komende jaren tot uitvoering worden gebracht.
26 EU-landen - 20 landen van de Eurozone en zes EU landen buiten de Eurozone - hebben zich verbonden in een begrotingsgemeenschap die op straffe van automatische sancties zich gaan houden aan de strenge begrotingsregels. Het EU-land Engeland doet in deze aanpak niet mee.
Er komt een Europese Faciliteit voor Financiële Stabiliteit die met het IMF lidstaten met schuldenproblemen met financiële leningen (of saneringen) gaat helpen de schulden beheersbaar te maken.
De ECB kan als onafhankelijke bank ondersteunend interveniëren om de crisis in de Eurozone - en de zes EU-landen daarom heen - te bezweren.
2012 zal het jaar van de waarheid worden in deze Eurocrisis.
De financiële krachtsverhoudingen zijn de afgelopen jaren in de wereld veranderd. Opkomende economieën hebben door de grote exporten aan de VS en ook naar Europa grote kapitaalreserves opgebouwd. In het aanpakken van de schuldencrisis, waarin het IMF een regierol zal moeten gaan vervullen, zullen de opkomende economieën hun versterkte positie gaan opeisen. China, India, Rusland en ook de kleinere economieën, Zuid-Korea, Taiwan en Singapore hebben financiële reserves van belang voor het functioneren van het IMF, de Wereldbank, de wereldhandel en het internationale financiële systeem.
China heeft een kapitaalreserves van 1900 miljard dollar, Japan bijna 1000 miljard, weliswaar met ook grote schulden, en Rusland bijna 500 miljard dollar. De Eurozone en het VK hebben gezamenlijk een reserve van 225 miljard dollar. Daarmee overtreffen ze nu nog landen als Maleisië, Hong Kong, Singapore en Brazilië. Maar Korea, India, Taiwan hebben elk al meer in huis dan Europa.
Zo veranderen de verhoudingen in de mondiale economie en worden Europa en de VS afhankelijker van opkomende landen als investeerders om hun schuldenproblemen op te lossen.
Willen Europa en Amerika sterk en leidend blijven dan hebben ze voor de lange termijn een hervormingsagenda nodig op vele terreinen, zoals: een houdbare begroting voor de lange termijn, minder afhankelijk van (import van) fossiele brandstoffen en een hoge, slimme en innovatieve productiviteit. Een soort Green New Deal waarin ze perspectief geven op een nieuwe duurzame fase in de wereldgeschiedenis.
Door de afhankelijkheid van buitenlandse financiers moet de nadruk wel komen te liggen op een gezamenlijk duurzaam mondiaal perspectief. Een moraal van inclusief denken kan die nieuwe wereldverhoudingen bevorderen, die nodig is voor het vertrouwen in elkaars financiële deelsystemen en in de oplossing van de andere crises, zoals klimaat en energie. Dan kan er vertrouwen in de financiële orde groeien. Daarna is dat wereldwijde vertrouwen nodig voor nieuwe perspectieven in de andere crises.
Europa in de 21e eeuw
Mark Leonard van het ‘Center for European Reform’ in Londen, een denktank van de Britse overheid, beschrijft in Waarom Europa de 21e eeuw zal domineren? (Londen 2005) een Europa zonder machtsambities, maar wel met een grote transformatiekracht. Hij beschrijft de invloed van de EU in de eigen Eurozone en in de wereld. Dat is een heel ander verhaal dan euro-sceptici in hun beeld van Europa hebben. Het Europese model blijkt een verander-strategie te zijn, een zachte kracht die de wereld effectief en duurzaam verandert. Het heeft met de EU-regels eerst Europa zelf veranderd en verandert nu de landen rondom de EU en andere regio’s in de wereld. De Europese verander-strategie met de EU-regelgeving is gebaseerd op waarden, die verinnerlijkt worden en daardoor duurzaam doorwerken in het gedrag van mensen en op den duur in de structuren van de samenleving.
Landen rondom Europa willen dolgraag bij Europa horen en bij de Europese manier van leven en zijn welvaart. Om dat te bereiken veranderen ze hun wetten conform de Europese eisen. Ze willen de welvaart, het economisch succes en streven daardoor ook de Europese waarden en het gedrag na. Andere economische regio’s in de wereld willen dit Europese model overnemen en nadoen.
De pagina’s van deze site geven antwoord op de vraag waar we verder mee komen in de wereld: met het behartigen van alleen het eigenbelang of de Europese droom: het inclusief denken. De pagina’s van deze site beschrijven hoe het inclusief denken een rol kan spelen in de relatie tussen overheid en burger, tussen management en personeel, tussen autochtoon en migrant, tussen burgers met elkaar en tussen burgers van nu met die van de komende generaties.
In het Amerikaanse denken worden mensen vaak ingedeeld in ‘winners’ en ‘losers’. Altijd zijn er dus verliezers. De ‘winners’ kunnen excellent worden maar het voordeel kan deels tenietgaan door de schade bij de verliezers.
Dit scheidend handelen wil Europa niet meer uitdragen. De repressieve Europese nationale staten hebben zichzelf in een halve eeuw veranderd naar een invloedrijk model van bindend handelen die de wereld lijkt te transformeren.
Europa zoekt nu zijn kracht in de samenwerking van het inclusieve denken.
Europa heeft door het streven naar consensus het geweld en repressie van zijn oude aard afgezworen en zichzelf weten te veranderen in een samenwerkende samenleving. Het oude Europa met zijn oorlogen is ten onder gegaan. Dat is een cultuuromslag naar een nieuwe beschaving. Op een andere manier krijgt Spengler gelijk. Het Avondland van het exclusieve denken heeft plaats gemaakt voor een nieuw Europa, een Morgenland van het inclusieve denken. Het nieuwe Europa transformeert de wereld. De VS van Obama kan nu ook deze Europese weg gaan volgen.
De transformatiekracht van Europa
De eigenlijke verander-kracht van de samenleving ligt niet meer bij de regering, de zuil of de politieke partij en zelfs niet bij de Europese instellingen of de supranationale wereldinstellingen. Veranderingen in de samenleving komen van burgers, georganiseerd in het maatschappelijk middenveld van samenwerkende individuen in maatschappelijke groepen. Daar ligt het initiatief en de macht om de samenleving te veranderen. Dat kunnen bestaande groepen zijn: de teams op het werk van publieke en private bedrijven, van non-gouvernementele organisaties en van instellingen in onderwijs, wetenschap en andere diensten. Het individu krijgt zijn kracht en meerwaarde in zijn functioneren in de groep. De groep met een inclusief denken maakt van een verzameling individuen een synergetische productieve groep, zo dat excellentie kan ontstaan. De kritische houding en het verantwoordelijkheidsbesef van de moderne burger geeft hem de innovatiekracht. De overheid en de managementteams van bedrijven, instellingen en organisaties kunnen de juiste condities gaan vervullen voor die verborgen kracht. De uitkomst is dat burgers en teams de transformatie zelf in handen krijgen. De sturende kracht om Europa en de wereld te veranderen ligt nu bij de burgers. Zij ontwikkelen de excellente diensten en producten die Europa en de wereld nodig heeft. De teams en de burgers hebben in hun kenmerken de toekomst in handen. Daarin schuilt de verborgen kracht van Europa. De pagina’s van deze site zullen die verborgen kracht verder uitwerken.